Baanwielrennen: Welke disciplines zijn er en hoe begin je ermee?

Als het je leuk lijkt om te leren baanwielrennen, en om leeftijdsgenootjes te leren kennen die net zo enthousiast zijn over deze sport als jij, dan kun je lid worden van een vereniging. Die verenigingen vind je in heel Nederland. Heb je het fietsen op de baan goed onder de knie, dan kun je vervolgens kiezen uit vele leuke disciplines.

Sprint

De eerste discipline in het baanwielrennen is de sprint. Met twee tot vier renners strijd je op de baan in twee of drie rondes om wie als eerste over de finish komt. Als voorronde wordt vaak een 200 meter tijdrit verreden. Dit is een sprint met vliegende start vanaf de 200 meterlijn op de baan.

Individuele achtervolging

In de individuele achtervolging neem je het over een bepaalde afstand op tegen één andere baanwielrenner. Beiden starten jullie aan je eigen kant van de baan, om vervolgens te proberen je tegenstander in te halen. Slagen jullie daar allebei niet in? Dan wint degene die de afstand in de snelste tijd heeft afgelegd.

Ploegenachtervolging

De ploegenachtervolging lijkt op de individuele variant, alleen bestrijd je elkaar nu in teamverband. De afstand die je aflegt is 4 kilometer. Wie de andere ploeg weet in te halen, is de winnaar. Lukt dat niet binnen 4 kilometer, dan wint weer de ploeg met de snelste tijd.

Tijdrit

Tijdens de tijdrit neem je het niet op tegen een andere wielrenner, maar rijd je een individuele race tegen de klok, met staande start. De afstand bedraagt 1 kilometer of 500 meter.

Puntenkoers

Een andere discipline op de baan is de puntenkoers. Hierbij moet je niet alleen snel kunnen fietsen, maar ook goed kunnen rekenen. Je verzamelt tijdens de race namelijk punten in de sprints en door een ronde voorsprong te pakken op de rest. Wie aan de finish de meeste punten heeft, is de winnaar.

Keirin

De keirin is het onderdeel waarop de Nederlandse Elis Ligtlee tijdens de Olympische Spelen in Rio de Janeiro goud won. Bij deze discipline rijd je samen met je tegenstanders achter een gemotoriseerde gangmaker aan. Op 600 tot 700 meter van de finish is het goed opletten, want dan verlaat de gangmaker de baan en is het aan jullie. Wie als eerste over de streep komt, wint de keirin.

Ploegensprint

De ploegensprint is iets anders dan de ploegenachtervolging. Wel nemen ook hier twee ploegen het tegen elkaar op. Iedere renner neemt steeds één ronde de leiding en geeft die koppositie dan af aan een teamgenoot. Bij de mannen rijd je de ploegensprint met zijn drieën over drie rondes, bij de vrouwen met zijn tweeën over twee rondes.

Koppelkoers

Bij de koppelkoers rijd je samen met een andere baanwielrenner tegen andere ploegen van twee renners. Er zijn tijdens de wedstrijd tussensprints waar je punten kunt verdienen. Samen met de afgelegde afstand bepalen die punten aan het eind wie de winnaar is.

Scratch

Bij de scratch rijd je een individuele wedstrijd over een vooraf vastgestelde afstand. Bij de heren is dat 15 kilometer, bij de dames 10 kilometer. Voor de junioren gelden afstanden van 7,5 en 10 kilometer.

Zesdaagse

Zesdaagsen worden vooral in de winter verreden. Het is een pittige discipline van het baanwielrennen waarbij je als team van twee renners zes opeenvolgende dagen op de baan te vinden bent. Bij elkaar opgeteld heb je tijdens die zes dagen minimaal 24 uur wedstrijdtijd.

Omnium

Houd je van variatie, dan is het omnium echt iets voor jou. Je kunt het gerust de meerkamp van het baanwielrennen noemen. Het omnium bestaat uit vijf wedstrijden in een vaste volgorde: de 200 meter tijdrit met vliegende start, de scratch, de individuele achtervolging, de puntenkoers en de 1 kilometer tijdrit. Wie aan het eind van deze vijf onderdelen de meeste punten verzameld heeft, mag zich tot winnaar kronen van het omnium.

Lid worden van een vereniging

Hier vind je een vereniging waar jij kunt leren baanwielrennen.

Bron: KNWU

Foto: Shutterstock