Wat moet ik weten over sport en onweer?

Bomen, sportvelden, andere open velden, open water; het zijn allemaal plekken die niet veilig zijn tijdens een onweersbui. Het beste is om zo snel mogelijk een veilige schuilplek op te zoeken, maar soms kan dat niet. Ben je in het bos, zoek dan een laag groepje bomen op in het laagste deel van het terrein. Ga in een open veld gehurkt op je tenen zitten met je armen om je knieën, je hoofd zo laag mogelijk, je voeten tegen elkaar aan en je handen over je oren.

Van je fiets af

Stap in elk geval zo snel mogelijk van je fiets af in plaats van te proberen van het onweer weg te fietsen, want op je stalen ros ben je allesbehalve veilig. Dit advies geldt ook voor andere sporters, bijvoorbeeld als je aan het paardrijden bent. Als ruiter doe je er goed aan om tijdens een onweersbui zo veel mogelijk afstand van je paard te houden. Als golfer moet je je golfstick zo snel mogelijk aan de kant leggen en ook zwemmen, surfen en varen tijdens onweer is levensgevaarlijk.

Meer don’ts

Wat je nog meer niet moet doen als je midden in bliksem en donder belandt? Steek vooral geen paraplu op en blijf uit de buurt van hoge en alleenstaande bomen, lantaarnpalen, hoge gebouwen, heuvels, uitzichtpunten, hoogspanningsleidingen, open water, omheiningen en metalen voorwerpen. Ben je met een groepje aan het fietsen? Blijf dan bij onweer niet bij elkaar, maar hurk verspreid van elkaar.

10-secondenregel

Met de 10-secondenregel kun je inschatten hoe ver het onweer nog van je vandaan is en wanneer je het beste kunt gaan schuilen. Tel de seconden tussen de flits en de donder en deel ze door drie. Je hebt dan de afstand in kilometers die het onweer nog van je verwijderd is. Zitten er minder dan tien seconden tussen de bliksemflits en de donder, dan is de onweersbui gevaarlijk dichtbij en kun je het beste razendsnel een schuilplaats zoeken.

Bron: Sportzorg.nl

Foto: Shutterstock