Terugkijken op 2014: schenken aan sport

Regelmatig krijgt NOC*NSF vragen van mensen die de behoefte voelen iets goeds met hun geld te doen, om tijdens hun leven of na dood ergens in de sport aan bij te kunnen dragen. Met het project ‘Sport, daar geef je om’ voorzien de Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond (KNVB), Eredivisie (samenwerkende eredivisievoetbalclubs) en NOC*NSF sinds de zomer van 2014 in deze behoefte.

Volgens Gerben van Hardeveld, projectleider vanuit NOC*NSF, heeft het project al zijn eerste resultaten opgeleverd. “Dat varieert van een persoon die zijn vroegere sportclub met een periodieke schenking vijf jaar lang steunt tot iemand die zes jaar lang een specifieke topsporter op weg naar Tokio 2020 financieel wil helpen.” Ook is er een echtpaar dat een themafonds van NOC*NSF in het testament heeft opgenomen.

Sport, daar geef je om

Spelregels

Volgens Van Hardeveld heeft de sportkoepel contact met meerdere personen die mogelijkheden onderzoeken om via NOC*NSF de Nederlandse topsport te ondersteunen. “Daar zijn via een gift of een legaat twee mogelijkheden voor. Het kan allereerst via een themafonds, waarbij het doel van tevoren is vastgelegd. Het is dan gegarandeerd dat de schenking of het nalatenschap aan dat doel wordt besteed, bijvoorbeeld aan talentontwikkeling, vergroten van de sportparticipatie of aan olympische en paralympische topsport.”

Een tweede optie is geven aan een sportfonds op naam. “Dit is een fonds waarbij de schenker de naam en de doelen zelf kiest, maar dat NOC*NSF opzet, bestuurt en beheert. Mits deze doelstellingen binnen het beleid van NOC*NSF vallen.”

Aan themafondsen is geen minimuminleg verbonden, voor een fonds op naam ligt de drempel op 50.000 euro. Aan beide fondsen zijn belastingvoordelen gekoppeld, omdat NOC*NSF de ANBI-status heeft.

Voorbeeld

Een mooi voorbeeld van een bestaand fonds is het Leo van der Kar-fonds, opgericht in 1960 door Leo van der Kar zelf. Hij wilde sporttalenten een zetje in de rug te geven door ze de kans te geven waardevolle ervaring op te doen tijdens een stage in het buitenland.

In de afgelopen ruim vijftig jaar hebben ruim 1.500 talenten een dergelijke stage gevolgd, onder wie polsstokhoogspringer Rens Blom, turner Jeffrey Wammes, judoka Deborah Gravenstijn, tafeltennisster Bettine Vriesekoop en schaker Jan Timman. Een stage kost gemiddeld rond de 5.000 euro en wordt gefinancierd uit giften en legaten aan het fonds, dat sinds dit voorjaar onder beheer van NOC*NSF is komen te staan.

Olievlek

Hoe effectief de campagne ‘Sport, daar geef je om’ al is, valt moeilijk te zeggen, meent Van Hardeveld. “Het is geen kortetermijnactie, maar heeft een lange adem nodig. Het is een nieuwe manier van denken: mensen moeten aan de gedachte wennen, sportclubs moeten ook zelf actief worden en een concreet doel verbinden aan een oproep om de club te steunen. En in het geval van schenking via een testament kan het effect pas jaren later zichtbaar zijn. Maar als het goed is, gaan de eerste resultaten een olievlekwerking krijgen.”

Inmiddels heeft er een nulmeting plaatsgevonden, als onderdeel van het jaarlijkse onderzoek van de Vrije Universiteit: Geven in Nederland. Daaruit moet nu voor het eerst ook blijken hoeveel er in 2014 aan sport geschonken is. Laten we hopen dat de komende jaren laten zien dat de sport een nieuwe inkomstenbron heeft weten aan te boren.

Meer weten?

Meer informatie vind je op Nocnsf.nl/gevenaansport en Sportdaargeefjeom.nl.

Bron: NOC*NSF.nl
Foto: Shutterstock.com

Publicatiedatum: 28-12-2014